Brandgans
Friesland - 22-09-2020
(Paugoes, Branta leucopsis)
Column
Sake P. Roodbergen
Ons land, liggend op de trekroute van heel veel vogels, is een ganzenparadijs. Groene, grazige weiden voor overdag en rustig open water voor ’s nachts zijn in heel grote lijnen de belangrijkste voorwaarden voor hun aanwezigheid.
Ganzen komen in ons land in een groot aantal soorten voor.
’s Winters meer soorten, en ook in grotere aantallen, dan in de zomer. In de herfst is sprake van geconcentreerde trek, in de bekende, opvallende V-vormige formaties. Vroeger keek men naar de lucht en zei: Kijk, de V van vorst’, maar intussen is dat een vergeten woord van lang geleden.
Veel boeren worden via overheidsregelingen betaald om ganzen op hun graslanden met rust te laten. In ons land zijn ’s winters meer dan tien soorten ganzen te zien. De talrijkste zijn de Kolgans en de Brandgans. De Brandgans is ook voor de leek gemakkelijk te herkennen aan zijn zwart met witte uiterlijk. Bij de Brandgans is een opmerkelijke aantalsontwikkeling vast te stellen, In de jaren zestig kwamen er maar weinig naar ons land. De Anjumer kolken vlakbij de Lauwerszee waren de belangrijkste stukjes Fryslân waar vogelaars uit alle windstreken van de aarde naartoe trokken om hun hart op te halen aan deze fraaie gans, die de Friezen om zijn schoonheid Paugoes noemen.
Maar tegenwoordig is de Brandgans een van de meest talrijke soorten. De laatste twaalf seizoenen was er sprake van een jaarlijkse toename van vijf procent tot boven de 750.000 exemplaren.
Tweede en derde zijn de Kolgans (Blesgoes) en de Grauwe gans (Skiere goes) met rond een half miljoen. De zeldzaamste gans is waarschijnlijk de legendarische Dwerggans, die in het Fries de mooie naam Goudeachje kent. Zijn aantal is inmiddels geslonken tot beneden de vijftig.
In het jaar 2019 werd aan boeren voor de bescherming van de Brandgans het meeste geld uitgekeerd: 4,8 miljoen euro.
Tekst en foto Sake P. Roodbergen
Naar overzicht